Poezieroute Gorinchem

15. 35 tranen – Ida Vos

Op dit adres woonde het gezin Van Vriesland in het oorlogsjaar 1942. De jongste telg van het gezin was dochter Esther, die ook wel de Anne Frank van Gorinchem wordt genoemd. Het joodse meisje Esther hield net als Anne Frank een dagboek bij dat na de Tweede Wereldoorlog bewaard bleef. In de aanloop naar de viering van 65 jaar bevrijding in 2010 werd het opnieuw uitgebracht.

Esther van Vriesland begint rond de jaarwisseling van 1941-1942 te schrijven over alledaagse zaken, maar langzaam maar zeker wordt de toon ernstiger en wordt duidelijk hoe de anti-joodse maatregelen het leven van een 15-jarig meisje gaan beheersen. Als ze verplicht wordt naar het Joods Lyceum in Rotterdam te gaan en gescheiden wordt van haar schoolvriendinnen, of wanneer ze de Jodenster moet dragen.

Ze besluit in september 1942 met een smeekbede: ‘Laat mij toch in het volgende schrift over de vrede schrijven’. Het zijn haar laatste woorden in het dagboek. Die maand wordt de familie Van Vriesland opgepakt. Esther van Vriesland wordt in Auschwitz omgebracht. Ook de andere leden van het gezin overleven het concentratiekamp niet.

Deze  regels zijn van Ida Vos, zelf ook oorlogsslachtoffer, die in de dichtbundel ‘35 tranen’ schreef:

ze is er wel,
ze is er niet
ze mag er niet meer zijn

de letters uit haar sprookjesboek
staan niet meer op één lijn

Locatie

Vanaf gedicht 14: Steek het gezellige stadsplein schuin over. Daar vindt u de Kerksteeg, naast een Grieks restaurant, tegenover Restaurant De Beren. Loop de Kerksteeg door en u komt op de Langendijk. Bijna recht voor u ziet u het pand met huisnummer 45 met daarop, hoog geplaatst met kleine tekens, het volgende gedicht.

Klik hier voor de routebeschrijving

Gesproken woord

Klik op de playknop om het gedicht te beluisteren